
Zo start je je verwarming zonder ongelukken weer op!
Bij heel wat moderne verwarmingssystemen is opnieuw opstarten eigenlijk niet echt nodig, omdat het toestel in de zomer op stand-by blijft of blijft draaien om warm water te produceren. Toch zullen sommige ketels na een lange (zomer)slaap opnieuw moeten worden opgestart! Waar moet je op letten? 1. Ontlucht de radiatoren Regelmatig ontluchten — idealiter één keer per jaar, vóór de opstart — is essentieel. Zo verwijder je de lucht die zich heeft opgehoopt, waardoor de warmte beter verspreid wordt, de efficiëntie stijgt en je radiatoren niet meer borrelen. Resultaat? Een gelijkmatigere warmte en een besparing tot 15 %. “Als de bovenkant van je radiator koud blijft, ontlucht hem dan. Dat is eenvoudig, maar het maakt echt een verschil,” zegt Eric. Neem een schroevendraaier, een klein potje om water op te vangen, en ga kamer per kamer — van de radiator het dichtst bij de ketel tot die het verst verwijderd staat. 2. Controleer de waterdruk — precies genoeg Na het ontluchten hou je de drukmeter in het oog: de druk moet tussen 1 en 2 bar blijven (ideaal rond 1 à 1,5 bar). Te laag, dan kan de ketel uitvallen; te hoog, en er dreigen lekken. “Draai voorzichtig de vulkraan open tot je de ideale druk hebt bereikt. Niet te veel, niet te weinig,” raadt Eric aan. 3. Maak de ventilatieroosters schoon Vergeet het ventilatierooster van je ketel (en van de stookruimte) niet: verwijder stof, spinnenwebben en pluisjes. “Zo zorg je voor een goede luchtcirculatie, voorkom je de vorming van CO en blijft je huis veilig,” vat Eric samen. 4. Zet de ketel in winterstand Bij veel moderne modellen staat de ketel of de warmtepomp gewoon op zomerstand, klaar om over te schakelen naar winterstand. “Als je ketel geen warm water produceert, moet je misschien de gastoevoer of de mazoutkraan openen,” herinnert Eric. Daarna zet je je ketel op ‘winter’ of ‘verwarming’, en stel je de thermostaat in. Dit is hoe je veilig je verwarming opnieuw opstart na de zomer. 4 essentiële tips van een vakman om je ketel in topvorm te houden en energie te besparen.